Lekkere thee. Het
is nog vroeg. Marc haalt de krant uit de bus. De ochtend is zwanger van een
vrije dag.
‘Kijk, dat is nu
eens goed nieuws. Deze week gaat Obama naar Israel, dat wordt hoogtijd, er
liggen daar wat stevige onderwerpen. Zeg, wat doen we vanavond trouwens?’
‘Onderwerpen?
Gister hoorde ik dat ook dit weer een ritueel bezoek wordt. Over de echte
problemen kunnen ze namelijk niet praten. Over dat de ene inwoner zomaar het
land van een andere inwoner kan inpikken, andermans bomen kan kappen en een hek
kan plaatsen waar het hem uitkomt, om maar iets te noemen....’
‘Wat ben jij toch
altijd pessimistisch! Nu gaat hij er eindelijk heen en meteen heb je geen
vertrouwen! Dat doe je nou altijd!’.
Marc legt de krant
neer en kijkt me furieus aan. ‘Leer jij nou nooit eens iets?’
Ik ben blij dat ik
net van een cursus kom. Die ging over aanval en verdediging en hoe je daar
altijd de keuze hebt om er tegenin te gaan of een andere afslag te nemen. Ik
heb heerlijk geslapen, ben voorzien van een goed humeur en ik verheug me op een fijne vrije
dag. Ik zet rustig mijn kopje neer.
‘Marc, mooi dat
je dat vraagt. Ja, ik heb toevallig gister wat geleerd.’
‘Nou daar is anders
niets van te merken! En nu je zit me gewoon uit te lachen! Haal die stomme
glimlach van je smoel, je lijkt de EO wel!
‘Ok, je bent nogal
boos hè? Wat doe ik waardoor je zo boos wordt?’
Marc snuift. ‘Ja,
leuk hoor. Je neemt mij gewoon nooit serieus. Niet als ik boos word en ook
niet als ik jou iets te zeggen heb wat waar is over jou! Je kunt zo
ongelooflijk eigenwijs zijn, zo.....’
Ik voel van alles
maar reageer niet. De theorie van gister blijkt te kloppen. Als ik rustig blijf
luisteren gebeurt er van alles aan de andere kant. En dit keer kost het me geen
enkele moeite. Ik ben verbaasd over mezelf.
‘Marc, ik neem je
wel serieus, maar ik neem mezelf ook serieus. We hebben vaak genoeg hier
gezeten met een of ander meningsverschil en die lopen allemaal op dezelfde
manier af: jij gaat mokkend aan je auto sleutelen en ik ga weg en denk bekijk
het maar. Wel voel ik me dan de hele dag klote en als ik terug kom, doen we net
of er niets gebeurd is. Heel gezellig. Gister heb ik ervaren dat het ook anders
kan.’
Marc staat op en
smijt de theedoek op de tafel. Hij loopt de keuken uit.
Ik kijk hem na en
voel me verdrietig worden. Dit stond gister niet op het programma: wat doe je
met een wegloper?
Ik pak de krant.
Waar staat dat van Obama? Ah, hier, pagina 2, het commentaar.
‘Het klikt niet tussen de twee regeringsleiders. In het
verleden zijn ze het over netelige kwesties niet eens geworden en Netanyahu
heeft de Republikeinen gesteund tijdens de laatste presidentsverkiezingen....ze
zullen vermijden elkaar echt in de ogen te kijken....de kans dat er een
oplossing voor het middenoosten conflict wordt gevonden ligt niet voor de
hand.... hun persoonlijke
vete......‘
Ik denk aan mijn
cursus. Daar was ook een oefening om een vastgelopen relatie weer stromend te
krijgen. De moeilijkheid schijnt te zitten in bakzeil halen. Om op eerdere
uitspraken terug te komen. Om toe te geven dat je het destijds toch niet
helemaal bij het juiste eind had. Om in te zien, dat je nu met meer informatie,
een andere beslissing zou nemen. Of dat je de ander eigenlijk een fijn mens
vindt, maar dat je ego je verbiedt om dat toe te geven.
Ik hoor de
keukendeur niet opengaan. Ineens staat Marc achter me. ‘Schat, het spijt me. Ik
ging wel erg tegen je tekeer. Dat sloeg nergens op.’
Als ik hem aankijk
zie ik een hele andere Marc dan een kwartier geleden. Op deze Marc ben ik
vijftien jaar geleden verliefd geworden. Mijn hele lijf wordt warm en ik sta op
en pak zijn handen.
‘Ik had verwacht
dat je er tegen in zou gaan’ zegt hij. ‘Maar dat deed je niet, en toen wist ik
niet meer wat ik moest zeggen. Je hebt wel iets geleerd op die cursus.’
Hij slaat zijn
armen om mij heen. ‘Ik wil het anders, Monatoetje, lieve Moon, ik wil weer met
je vrijen, lachen, ik wil geen ruzie meer met je..’
‘Is het zo
eenvoudig?’ schiet er door me heen. ‘Kom, we gaan even zitten.’
Ik neem Marc mee
naar de kamer en trek hem naast me op de bank. Hier hebben we in geen tijden
samen gezeten. Ik ben meerdere keren van plan geweest hem eruit te doen, deze
stoffige sta-in-de-weg. Maar nu ben ik blij dat dat ouwe ding er nog staat.
‘Ik weet ook niet
wat er gebeurde, maar ik heb gewoon niet op je boosheid gereageerd. Die
boosheid heeft namelijk niets met mij te maken,’ zeg ik terwijl ik door zijn
haar kroes.
‘Jij bent boos en
je reageert het op mij af. Jij krijgt je zin niet en je denkt dat dat aan mij
ligt. Zo zitten we elkaar al jaren dwars. Ik heb gister geleerd dat een ander
alleen maar het scherm is waar je je oude frustraties op projecteert. Ik snapte
het ineens, daarom hoefde ik nu niet boos te worden.’
Marc kijkt me aan.
‘Dank je wel, lief, ik heb nog nooit zo’n leerzame en vooral ook korte cursus
gehad. En dat allemaal omdat we het over Obama hadden. Konden we hem dit maar
even influisteren...stil zijn en luisteren... wat zou het doen voor de
wereldvrede als een van hen, of misschien wel beiden, eens iets zouden
toegeven?’ Zijn hand wurmt zich verrassend zacht tussen mijn huid en mijn
hemdje.
‘Dit is al genoeg.
Ik heb gister ook nog geleerd dat wij een druppel zijn. Met dezelfde chemische
formule als de hele oceaan. Dus wie weet..’
Saskia, april 2013
Geen opmerkingen:
Een reactie posten