donderdag 21 juni 2012

Duurzaam Leiderschap


Boer en bedrijf






Wat een biologisch boer ons kan leren over duurzaam leiderschap.


Een paar jaar geleden ontmoette ik bij toeval een biologisch boer. We raakten in gesprek over zijn werk op de boerderij en mijn werk als coach in het bedrijfsleven. De overeenkomsten bleken groter dan de verschillen. Zijn kijk op zijn bedrijfsvoering en zijn visie op duurzaamheid  hebben me niet meer losgelaten. Als ik in gesprek ben met leiders, studenten, ondernemers en collega’s over wat zij verwachten van de toekomst en wat hun rol daarin zou kunnen zijn, lopen zijn verhalen en ervaringen altijd met me mee.

Voedsel is zo vanzelfsprekend aanwezig, dat de vraag waar het geproduceerd wordt, niet of nauwelijks meer wordt gesteld. Biologische groenten en gewassen zoals tarwe zijn het resultaat van een uitgekiend zaai-, groei-, oogst- en bewaarproces. De doorsnee consument is niet bezig met de bron van het dagelijks maal, en gevoelens van respect zijn vaak ver te zoeken. Bidden voor het eten was er al af; nu weten velen niet eens wat er precies op hun bord ligt en al helemaal niet of dat nou boven of onder de grond is gegroeid. Dit is dus een mooie gelegenheid om de waarde van het boerenbedrijf onder de aandacht te brengen en de principes van een biologisch boer, die per definitie duurzaam werkt, naast leiderschap te leggen.

De kern van het werk van een biologisch boer – die werkt zonder chemische bestrijdingsmiddelen en kunstmest – is de voortdurende zoektocht naar de balans tussen de elementen in de natuur: aarde, water, lucht en vuur. Een boer kan de aarde ‘lezen’ en hij weet wat hij wel of niet kan telen. Op klei groeien geen asperges, maar wel wortels, uien, aardappels en granen. Hij weet wanneer hij het gewas moet beregenen en hoe hij de afvoer van een surplus aan water moet regelen. Lucht is op een andere manier belangrijk: de hoeveelheid lucht (en luchtigheid) in de aarde is een concrete factor, maar daarnaast staat lucht ook voor ruimte en overzicht – ook wel het boerenverstand genoemd. En dan natuurlijk het vuur, de warmte, de zon. Zonder warmte groeit er niets en de timing is de cruciale factor.
Hier speelt het andere gegeven uit de natuur: de seizoenen. De boer weet precies op welk moment hij het beste kan zaaien en wanneer hij moet beginnen met het binnenhalen van de oogst. Voor, tijdens en na het groeiproces neemt hij talrijke beslissingen om de balans tussen de elementen te optimaliseren. Alleen dan kan hij rekenen op een optimale opbrengst.
Bij de boer gaat het om de vier elementen die niet zonder elkaar kunnen en die met elkaar in balans moeten zijn. Bij een leider die toekomstbestendig wil zijn, kun je duurzaamheid afmeten aan de balans tussen vier kernkwaliteiten die elkaar op dezelfde manier aanvullen en in evenwicht houden. De elementen uit de natuur vormen een prachtige metafoor voor die kwaliteiten.

Vuur: alles begint met de passie
Wat drijft je, wat is je vuur, wat is je ambitie? Zonder vuur kun je duurzaamheid wel vergeten. Een boer zonder passie voor zijn werk is niet te vinden. Als hij niet van zijn gewas houdt, wordt het niets. Dan houdt hij het intensieve werk niet vol. Het vuur is het element dat een leider nodig heeft om zijn droom te volgen, anderen enthousiast te maken en mensen aan je te binden.
Op je weg als leider kom je ontegenzeggelijk ‘onkruid’ en andere narigheid tegen. Daarom is het zo belangrijk dat je dat vuur aan de praat houdt. Met die warmte en aanstekelijkheid zet je tegenslag om in ‘vruchtbare voedingsstoffen’. Passie is besmettelijk. Bij iemand die vuur uitstraalt, wil je zijn. Op BNR Nieuwsradio hoor je geregeld enthousiaste verhalen van ondernemers die vurig vertellen over hun activiteiten. Echter, met alleen maar vuur ben je nog niet duurzaam. Net zoals de boer beducht is voor een hittegolf, ben ik, als coach, op mijn hoede wanneer de passie het enige is waar een leider of ondernemer over praat.

Water: verbinding
De tweede kwaliteit staat voor verbinding. Zonder water gaat de boel in de hens. De waterkwaliteit zorgt ervoor dat er contact is en dat je van elkaar kunt leren. Ik kom wel eens leiders tegen die prachtige verhalen vertellen, hun opdracht desnoods drie keer achter elkaar uitleggen, maar die niet in staat zijn om een vraag te stellen.
Voor leiders met veel passie is de grootste uitdaging: ‘Hoe kan ik me verplaatsen in een ander?’ Want hun drive kan hen danig in de weg zitten. Hun leerpunt is om een ander te accepteren die of een heel ander tempo heeft dan zijzelf, of die stronteigenwijs is. Duurzame leiders praten met juist deze mensen en niet óver hen. Ze durven hen om feedback te vragen. Zij zien in dat er zich, door de bril van die ander eens op te zetten, meer mogelijkheden ontvouwen om nieuwe en betere beslissingen te nemen. Er verschijnt een grotere werkelijkheid en er gaan doodlopende denkstraatjes open.

Een ander aspect van ‘water’ is dat je verbinding aangaat door dik en dun. Dus ook als het tegen zit. Sommige ondernemers voelen de crisis zo dichtbij, dat ze in de angst schieten. Dus zij gaan het langdurig contact uit de weg en zo wordt de crisis een self-fulfilling prophecy: tijdelijke contracten en dan nog wel voornamelijk aan jonge werknemers, want die zouden ook nog goedkoper en flexibeler zijn. De vraag is of dit soort flexibiliteit duurzaam is en of we daarmee iets opschieten. Ik denk van niet. Ik denk dat mensen, die ervaren dat zij vertrouwen krijgen, de beste medewerkers zijn en daardoor de dragers worden van duurzaamheid.

Lucht: wat je voor je ziet, is wat je krijgt
Een jonge projectmanager bij Waternet, het watercyclus bedrijf van Amsterdam, kan niet anders dan op een duurzame manier werken. Naast zijn passie (vuur), zijn neus voor communicatie (water) heeft hij een enorme hoeveelheid ‘lucht’. Hij heeft letterlijk een visie: hij ziet een organisatie voor zich, waar iedereen die met water te maken heeft, als bestuurder, leverancier, vervuiler en gebruiker met elkaar samenwerkt om een gezond, betaalbaar en toekomstbestendige waterhuishouding te beheren. Hij overziet, net als de boer, zijn hele perceel. Hij laat zich niet van de wijs brengen door geneuzel op de vierkante centimeter. Hij weet precies waar hij met de organisatie heel wil en kan daar ook een helder verhaal over houden. Dat is iets waar leiders vaak aan voorbij gaan: hoe kan ik met mijn inzichten en passie anderen inspireren en hen er werkelijk bij betrekken?

Zijn visie is aanstekelijk en door de bijeenkomsten die hij organiseert, scherpt hij die voortdurend aan. Hij weet het dagelijkse gedoe te overstijgen door de werkzaamheden in een groter kader te zetten, waarbij hij er ook nog aan denkt om voldoende ‘luchtigheid’ aan te brengen in de vorm van humor, onverwachte taarttraktaties of een onverwachte uitstap. Als je aan een van zijn medewerkers, bijvoorbeeld een rioleur, vraagt wat hij aan het doen is, antwoordt hij niet: ‘Ik ben een put aan het leegzuigen’, maar hij zegt: ‘Ik werk mee aan duurzaam waterbeheer’. Zo kan het ook.


Aarde: hoe zet je het neer?

Bij de biologisch boer kun je goed zien wat het laatste element, aarde, betekent. Je hoeft maar door de polder te rijden en je ziet overal gewassen groeien. Aarde staat voor het realiseren en materialiseren. De biologisch boer weet dat hij een aantal verschillende gewassen nodig heeft die elkaar jaarlijks opvolgen. Alleen aardappels telen, omdat er daarmee meer geld te verdienen zou zijn, werkt niet. Deze zogenaamde vruchtwisseling zorgt er namelijk voor dat er geen ziektekiemen in de bodem achterblijven. Hierdoor is een duurzame manier van werken mogelijk, zonder ingrijpen met chemische bestrijdingsmiddelen. Door de afwisseling blijft de grond gezond. De aarde pikt het eenvoudig niet, als ze het gevoel heeft dat ze wordt uitgebuit.

Als een leider in een school, een bedrijf of een ziekenhuis de ‘grond onder de voeten’ – de mensen die voor hem werken – onvoldoende afwisseling en uitdaging biedt, dan kan dat een jaartje of wat goed gaan. Maar vroeg of laat haken werknemers af. Ze raken gedesillusioneerd, gestresst of ze vertrekken. Duurzaam ‘aardebeheer’ vraagt om aandacht en zorgvuldigheid met grondstoffen, materialen en mensen.

In de waan van de dag staat doorgaans de automatische piloot aan. ‘Zo doen we het hier en dit zijn de regels.’ De macht der gewoonte (vanzelfsprekendheid, onverschilligheid) zijn de vijanden van duurzaamheid. Wat daar tegenover staat – en wat leiderschap pas echt duurzaam maakt – is de kracht van de liefde. De kracht van het hart. De liefde is de cruciale factor om dingen in het leven anders aan te pakken. De liefde leert om het ego dat per definitie wil scoren op de korte termijn, los te laten. De liefde stelt de leider steeds weer opnieuw de vraag: ‘Zijn we hier nog wel met de góede dingen bezig? Hebben we alle vier elementen betrokken bij de stap die we nu gaan zetten?’ Door de liefde krijg je weer contact met de gezagvoerder in jezelf en vind je de moed om een nieuwe koers te vliegen.

Bij het krieken van de dag kun je vaak een biologisch boer over zijn akker zien lopen. Hij ziet, proeft, hoort, kijkt en geniet van de stilte. Die is om hem heen en in hem. Dit is zijn mooiste en vruchtbaarste moment van de dag. Dan komen de nieuwe en goede ideeën bij hem boven en weet hij wat hem te doen staat. Daar vindt hij de verbinding tussen zichzelf en het drukke leven van alledag.
Een leider die op zijn manier de stilte opzoekt, die alleen kan zijn met de balans tussen zijn vurige passie, de verbinding met zijn omgeving, de rust van de lucht en de aandacht voor wat de aarde biedt, creëert zijn kansen om duurzaam te oogsten. 
En de boer? Hij ploegt voort, omdat hij weet dat er altijd weer een nieuwe lente komt.

Saskia Teppema is coach, trainer en procesbegeleider. Ze geeft workshops en schrijft mee aan een handboek voor jonge ondernemers op het gebied van sociale innovatie en duurzaamheid. www.saskiateppema.nl